19 juni 2019 In de media

Guram Kashia: “Vitesse zal altijd mijn eerste keus zijn”

Jarenlang was Guram Kashia Mister Vitesse. Toch besloot hij vorige zomer zijn Arnhemse aanvoerdersband in te leveren en voor het avontuur te gaan bij San Jose Earthquakes. VI trok naar Amerika en ging op bezoek bij de 31-jarige mannetjesputter. Een gesprek over het beloofde voetballand, Georgische kaas én heimwee naar Arnhem.
Het is dringen bij The National Mall in Washington. Aan de rechterzijde van Amerika’s bekendste stukje groen staan stuiterende schoolkinderen. Na een bezoekje aan het Lincoln Memorial worden ze nu per bus naar het Witte Huis gebracht. Aan de andere kant staan veelal buitenlandse toeristen die hardop en ongegeneerd kentekenplaten opdreunen. Terwijl de welbekende rode cabs doelloos voorbijrazen, kijkt de wereldreiziger op zijn telefoon of de door hem of haar bestelde Uber al onderweg is. Zelf stappen we even na het middaguur in een witte Toyota, die ons naar de andere kant van de rivier de Potomac moet brengen. Als onze Kameroense Uber-chauffeur doorheeft dat we uit Nederland komen, gaat het vrijwel direct over voetbal. Ruim drie jaar na zijn overlijden blijkt Johan Cruijff nog altijd ’s lands belangrijkste exportproduct. ‘Ik heb begrepen dat hij is overleden’, begint de man, terwijl hij al toeterend een touringcar inhaalt. ‘Ik word daar verdrietig van. Hij was misschien wel de allergrootste.’

Terwijl achter ons het statige Washington Monument steeds kleiner wordt, vertelt de chauffeur over bondscoach Clarence Seedorf, de erfenis van Samuel Eto’o en Ajax-keeper Andre Onana. Op onze beurt vragen we naar de Amerikaanse voetbal-competitie, de Major League Soccer. Of Frank de Boer een goed elftal heeft bij Atlanta United en of de man vertrouwen heeft in het lokale DC United. Hij blijft een antwoord schuldig. ‘Soccer stelt in Amerika niet zoveel voor… Zelf kijk ik graag naar de Premier League. Nee, ik heb nog nooit een wedstrijd van DC bezocht. Amerikanen houden het liever bij basketbal of honkbal.’

Een soortgelijke conclusie trokken we na een weekje in de States te hebben vertoefd. Aan vaderlandsliefde geen gebrek. In de plaatselijke Nike-winkel struikel je over het red, white and blue van de nationale ploeg en op Time Square poseren de vrouwen van het Amerikaanse elftal tussen reclames van The Lion King en de nieuwste Spiderman-film. Maar eenmaal op het internationale vliegveld aangekomen, is het onmogelijk een glimp op te vangen van de Champions League-finale. In de aanwezige barretjes zitten ongeïnteresseerde Amerikanen met een halve liter bier op tafel naar een nietszeggend potje honkbal te kijken.

Zwaarlijvig

We worden afgezet voor het Ritz-Carlton, een statig hotel dicht bij het Pentagon. Hier verblijft een week lang de selectie van San Jose Earthquakes. Afgelopen zondag speelde de ploeg nog in Toronto, nu wacht DC United. In de lobby van het hotel lopen we eerst Valeri Qazaishvili tegen het lijf. De ex-speler van Vitesse sprint in club-tenue richting de lift. Nog geen vijf minuten later staat hij in een hip polo-shirtje bij de voordeur. De toch al weinig spraakzame balkunstenaar uit Ozurgeti verontschuldigt zich en stapt in een taxi. ‘Er zijn landgenoten in de stad.’

Guram Kashia heeft wél tijd. Na een hartelijke begroeting gaat hij ons voor naar een brasserie. De verdediger bedankt vriendelijk als een serveerster de menukaart komt brengen. De selectie heeft na een intensieve ochtendtraining uitgebreid geluncht. ‘Twee uur in de volle zon’, begint Kashia. ‘Excuus dat ik wat later ben, maar we moesten nog veertig minuten terug met de bus. We trainen deze week bij een college team. Je weet niet wat je ziet! Bij Vitesse hadden we een geweldig trainingscomplex, maar dit doet daar niet veel voor onder. Ik zeg het je: met die Amerikaanse sportcultuur is weinig mis.’

‘Als ik nu zou teruggaan naar Nederland, zou ik de sterkste in de Eredivisie zijn’

De Georgiër vraagt naar Nederland. Naar de Eredivisie, het succes van Ajax, Arnhem. Hij oogt op een zekere manier vriendelijker dan in zijn periode bij Vitesse. Misschien komt het wel doordat hij zijn baard wat heeft ingekort; van de Georgische Viking is weinig over. Bovendien oogt hij fitter dan voorheen. En dat op zijn 31ste. ‘Daar zit wel een verhaal in’, reageert hij direct op onze constatering. ‘In mijn eerste maanden in Amerika steeg mijn vetpercentage met vier procent. Ik ging van acht naar twaalf! En nee, ik ben niet ongezonder gaan leven. Ik let juist heel goed op mijn voeding. Het had puur met het eten hier te maken. Het lijkt wel alsof ze overal extra suiker aan toevoegen. Aan het brood, de pasta en volgens mij zelfs de koffie.’

Kashia wijst demonstratief naar het witte kopje voor hem op tafel. ‘Het is echt verschrikkelijk. Ik begrijp het wel dat veel Amerikanen zwaarlijvig zijn. In al die jaren in Nederland is mijn lichaamsvet nooit met meer dan één of twee procent toegenomen. Als je hier eten bestelt, ligt je bord direct helemaal vol. Inmiddels heb ik mijn dieet behoorlijk aangepast. Toevallig ben ik vorige week nog getest. Ik ben ongeveer twee kilo kwijtgeraakt. Die heb ik er inmiddels aan spieren bij gekregen. De fitnesscoaches hier zijn geweldig. Dat is echt een heel ander niveau dan in Europa. Alles wordt gemeten, overal is een verklaring voor. Als ik nu zou teruggaan naar Nederland, zou ik de sterkste van de Eredivisie zijn. Hell yeah, I work my ass off in the gym, twice everyday.’

Zlatan en Rooney

Hij lacht en neemt een slok. Het is even wennen, Kashia in een donkergroene polo met het logo van de Earthquakes. De man tegenover ons is Vitesse. Ga maar na: in 2010 kwam hij op advies van zetbaas Merab Jordania naar Nederland. Acht jaar later had hij 245 Eredivisie-wedstrijden achter zijn naam. Dat zijn er meer dan bijvoorbeeld Theo Janssen. Ook was Kashia de eerste en vooralsnog enige aanvoerder in een Vitesse-shirt die een prijs pakte. De KNVB-beker in 2017 is hét hoogtepunt in de clubgeschiedenis. Aan de oevers van de Rijn wordt de Tank van Tbilisi in één adem genoemd met Theo Bos, Edward Sturing en Martin Laamers.

Het lag in de lijn der verwachting dat Kashia zijn carrière zou afsluiten in Gelredome. Daarna zou hij een functie binnen de club gaan bekleden. Maar toen kwam San Jose. Het was het buitenlandse avontuur waarop hij hoopte én de kans op een hereniging met boezemvriend Qazaishvili. Bovendien is de Georgiër, die al jaren zijn wekker zet voor NBA-wedstrijden en rapconcerten bezoekt, een ware Amerika-adept.

‘Ajax, PSV en Feyenoord zouden hier meedoen om de titel, andere clubs zouden een bescheiden rol spelen’

‘In een jaar tijd heb ik ontzettend veel gezien. Eigenlijk heel het land wel. Door de grote afstanden die we moeten afleggen, vliegen we vaak vrij vroeg in de week naar andere steden. Dan hebben we altijd wel één of twee dagen vrij. Morgen wil ik Washington zien. De monumenten, de musea. Dat is een echt een voorrecht. Neem New York. Daar zijn we naar het 9/11 Memorial geweest en hebben we gegeten in een Georgisch restaurant. Hoewel, Georgisch… Die Georgische kaas was gewoon mozzarella. Ook ben ik naar Brooklyn geweest, in de voetsporen van Notorious B.I.G. Als profvoetballer moet je hard werken, maar op die vrije dagen ben je gewoon toerist. Een Nederlandse toerist, dat wel. Ik hoef maar twee woorden Engels te praten en ze horen hier al dat ik niet uit Amerika kom. Als ze vervolgens vragen waar ik vandaan kom, zeg ik altijd Nederland. Als ik Georgia zeg, denken ze dat ik het over een Amerikaanse provincie heb. Vervolgens ben je twintig minuten aan het uitleggen dat het naast Rusland ligt. Nee, Nederland is makkelijker. Dat mag toch wel, na al die jaren?’

Zijn Nederlands is wat roestig geworden. In het Engels vertelt hij over de competitie waarin hij speelt. We delen onze ervaringen over de Amerikaanse voetbalcultuur. Kashia spreekt ons tegen. ‘Jouw beeld klopt niet. De stadions zitten over het algemeen goed vol. Vergeet niet dat de Amerikanen een soccer-cultuur aan het opbouwen zijn. Het wordt steeds groter. In Europa wordt deze competitie vaak onderschat. Ajax, PSV en Feyenoord zouden hier meedoen om de titel, andere clubs zouden een bescheiden rol spelen. In Europa denken veel fans dat dit een soort retirement place is voor uitgerangeerde spelers. Geloof me, ik moet elke dag aan de bak hier. Dat geldt ook voor Zlatan Ibrahimovic of Wayne Rooney. En dan heb ik het nog niet eens over al dat reizen. Amerikanen zijn atleten. Ze zijn sterker, sneller, kunnen hoger springen. In Nederland won ik acht van de tien kopduels. Hier win ik er nog geen vijf. Kijk maar naar de Olympische Spelen. De Amerikanen zijn fitter dan de rest en halen altijd de meeste medailles. Topsporters leren hier op school al hoe ze voor hun lichaam moeten zorgen. Toen ik twintig was, vertelde niemand mij wat ik precies moest eten. Ik ging naar de McDonald’s. Eten was voor mij eten. Ik dronk vijf blikjes Red Bull om energie te krijgen. Ik heb op 31-jarige leeftijd nog veel moeten leren. Over voeding, krachttraining, alles. Dat vind ik zó gaaf! Mocht ik ooit trainer worden, dan ga ik veel van deze methoden gebruiken. Tactisch is het misschien nog wat minder, maar ook daar maken ze stappen in.’

Contact, kicking, action

Het is flink aanpoten. Met dank aan voormalig Lazio-speler Matías Almeyda, de manager van San Jose. Kashia vertelt over het eerste trainingskamp van zeventien dagen, waarbij de spelers elke ochtend om 6.00 uur naast hun bed stonden. Almeyda blijkt een eigenzinnig man diede ploeg na een moeizame seizoenstart aan het draaien heeft gekregen. ‘Almeyda is de Argentijnse Peter Bosz’, stelt Kashia. ‘Hij wil altijd naar voren voetballen, altijd druk op de tegenstander. Het grote verschil is dat de centrumverdedigers niet op één lijn, maar achter elkaar spelen. Vroeger had ik bij Vitesse veel discussies met Theo Janssen over mandekking. Hij vond dat ik een spits moest volgen als die terugzakte naar het middenveld. Ik zei dan: Laat lekker lopen, die komt vanzelf terug. Hier is het veel extremer. Als de spits naar het toilet gaat, moet ik met hem mee. Bosz wilde zijn tegenstanders bij de strot pakken, Almeyda gaat nog een stapje verder. En het publiek vindt dat fantastisch.’

‘De mensen houden van contact, kicking, action. Een 0-0 is per definitie een slechte wedstrijd. De fans hebben geen voetbal-achtergrond, maar willen vooral vermaakt worden. Ze zijn niet fanatiek, maar er hangt een goede vibe. De enige die het altijd heeft gedaan, is de scheidsrechter. Elke gele kaart wordt gevierd. Het voelt als hun succes, alsof er elk moment iemand van het veld kan worden gestuurd.’

In de Amerikaanse sport draait het om de show. Kashia, die inmiddels al diverse basketbal- en ijshockeywedstrijden bezocht, houdt wel van de sfeer. In de VS zitten wereldsterren op de tribune, draaien ze 2Pac tijdens de warming-up en speelt alles zich af op grote schermen. ‘Voor jullie journalisten is het geweldig werken hier. Je kunt na afloop de spelers gewoon interviewen in de kleedkamer. En voor de wedstrijden moet je als speler een analyse geven. Als de opstellingen bekend zijn, komt er een verslaggever naar je toe. Dan moet je wat vertellen over de tegenstander en mogelijke gevaren. Gewoon tijdens de warming-up! De mensen willen vooral vermaakt worden. Niemand vraagt om diepgaande analyses. Als je hier Champions League-wedstrijden bekijkt, krijg je naast Tim Howard Steve Nash als analist. Steve Nash, de basketballer. Die analyseert dan het spel van Ajax… Alles kan in Amerika.’

Kashia zit midden in een verhaal over de thuishaven van Atlanta United en Frank de Boer (‘het mooiste stadion waar ik ooit heb gespeeld’), als hij wordt onderbroken. Danny Hoesen komt voorbijgesjokt. De voormalige speler van onder meer Ajax en FC Groningen zegt later even aan te schuiven, hij heeft voor nu een kleine siësta gepland. We merken op dat het leven van een Amerikaanse voetbalprof zo slecht niet is. Kashia woont in San Jose, op nog geen half uur rijden van San Francisco. De fervente schoenenverzamelaar schuift zijn voeten elke ochtend in een paar slippers, kouder dan twintig graden wordt het zelden aan de westkust. Na een intensieve training duikt de verdediger in zijn eigen zwembad. In de tussentijd speelt hij in fonkelnieuwe stadions en krijgt hij de kans Amerika te ontdekken.

Sarcastisch

Het is haast jaloersmakend. En toch krijgen we gaandeweg het gesprek het gevoel dat de Georgiër niet helemaal op zijn plek is.Alsof we hem binnen afzienbare tijd terugzien in Europa. Misschien komt het wel door zijn huidige situatie. Lange tijd was hij onomstreden in het elftal van Almeyda, maar de laatste weken is hij invaller. Kashia liep een enkelblessure op en met hem als toeschouwer begon San Jose te winnen. ‘Die jongens op mijn positie doen het ontzettend goed. Ik mag dan ook niet klagen; ik moet gewoon zorgen dat ik mijn kans pak.’

Wel baart het hem zorgen. Kashia is een liefhebber en heeft meerdere belangen. Het nationale elftal van Georgië eindigde als eerste in de Nations League D. Het zou zich daardoor kunnen plaatsen voor het EK van 2020. ‘Door mijn blessure komt een basisplaats in de nationale ploeg in het geding. We hebben een ticket voor de halve finale van de Nations League, volgend jaar. Alles wat ik in al die tijd heb opgebouwd in het Georgische elftal, komt dan bij elkaar. Als we ons plaatsen voor het EK, schrijven we geschiedenis. Dat heb ik met Vitesse gedaan door de beker te winnen en dat wil ik nu ook met mijn land. Dat wil ik niet opgeven omdat ik in Amerika op de bank zit.’

‘Bij Vitesse heb ik met elke trainer wel een keer ruzie gemaakt, hier is dat haast onmogelijk’

Ook het vele reizen blijkt een item. Anderhalf jaar geleden vond de verdediger een busrit van Arnhem naar Groningen nog intensief, nu zit hij meer dan eens opgevouwen in een vliegtuig. Het lichaam heeft wat te lijden. ’s Winters wordt hij wakker met twintig graden aan de Amerikaanse westkust, vier dagen later voetbalt hij bij vijftien graden onder nul in Canada. En dan vergeten we nog de interlandbreaks. ‘Vorige week vlogen we in zes uur van San Francisco naar Toronto. We speelden vervolgens een wedstrijd en gingen door naar Washington. Hier blijven we een week. Vervolgens vliegen Vako en ik naar Istanbul, om dan weer door te reizen naar Georgië. Vorig jaar september moest ik van Vancouver naar San Jose, vanaf daar naar Georgië om door te reizen naar Kazachstan. Dan voel je je echt heel slecht. Die jetlag doet wel wat met je lichaam. Mijn geest zegt: Ik kan dit! Ik moet pushen, alles geven. Maar mijn rug en nek doen pijn. Je voelt je ziek, die vieze airco. In september, oktober en november is er weer interlandvoetbal. Ik weet dat ik niet mag klagen, ik heb hier zelf voor gekozen. Bovendien vind ik het echt een geweldige competitie. Wel moet je op een moment eerlijk zijn en jezelf de vraag stellen of dit het allemaal waard is.’

‘Soms is het lastig. Het tijdsverschil met thuis is elf uur. Ik heb echt het idee dat ik goede vrienden aan het kwijtraken ben. Elke ochtend ben ik tien tot vijftien berichtjes aan het beantwoorden. We voelen ons geaccepteerd, maar het is anders dan Georgië of Nederland. De mensen hier zijn lief, mijn teamgenoten netjes en hoogopgeleid. Ik ben Georgiër, mijn grappen zijn vijftig procent van de tijd sarcastisch. Misschien zijn de mensen hier wel te aardig voor mij. Kan dat? Dat ruwe, dat rouwe, vond ik in Arnhem wel. Bij Vitesse heb ik met elke trainer wel een keer ruzie gemaakt, hier is dat haast onmogelijk. Niet dat ik uit ben op gedoe, maar het hoort er soms wel bij. Dit is een crazy experience. Als ik de gebouwen in de grote steden zie, heb ik het idee dat ik in een droom leef, een film. Het is misschien wat minder fancy, maar misschien hou ik dan toch wel wat meer van Arnhem.’

Eerste keus

We bespeuren iets wat op heimwee lijkt. Heimwee naar Europa, naar Georgië en zelfs naar het stadje aan de Rijn. Kashia wil het niet dramatiseren. ‘Mensen weten dat ik altijd eerlijk ben. Ik heb deze kant van de wereld gezien en ik hou ervan. Alleen zie ik mezelf hier geen bestaan opbouwen. Ik mis Europa. Ik heb geen seconde spijt, maar dit is wel een moment om na te gaan wat de toekomst gaat brengen.’

Hij heeft nog een eenjarig contract in San Jose, de huidige competitie eindigt pas in oktober. Een zomerse transfer lijkt lastig te worden. In de winter is er een nieuwe kans, al moeten geïnteresseerde clubs waarschijnlijk de portemonnee trekken. De logische vervolgvraag is of hij een terugkeer naar Vitesse ambieert. De verdediger dreunt moeiteloos de laatste resultaten van de Arnhemmers op én heeft nog veel contact met mensen bij de club. Een van hen is technisch directeur Mo Allach. Kashia legt demonstratief zijn beide handen open op tafel. ‘Als ik zou besluiten hier te vertrekken, dan zou ik altijd eerst contact opnemen met Vitesse. Maar zo ver ben ik nog helemaal niet. We zitten hier nog midden in de competitie, we willen de play-offs halen. Ik wil belangrijk zijn voor het elftal. En daarna? Dat gaan we wel zien. Vitesse zal altijd mijn eerste keus zijn. Vervolgens moeten we kijken of dat haalbaar is. Stel, ze hebben op mijn positie twee goede centrale verdedigers. Dan moeten ze het niet doen. Ik wil niet komen op basis van mijn verleden, mijn statistieken. Ik ben de club veel verschuldigd en niet andersom.’

VI / Foto’s SV

Hoofdsponsor: