18 oktober 2019 In de media

Hoe een klein menneke uit Limburg de reuzen verslaat

Lengte is niet zaligmakend, bewijst aanvaller Bryan Linssen (1.70 meter) met zijn kopgoals voor Vitesse.
Op het trainingscomplex van Vitesse  wil Bryan Linssen eerst iets rechtzetten. Hij zegt 1 meter en 70 centimeter lang te zijn en niet 1.65 zoals op Wikipedia wordt aangegeven. ‘Dat zou wel heel klein zijn. Maar nog steeds ben ik meestal de kleinste speler op het veld.’ Toch verslaat hij veel langere tegenstanders vaak in de lucht. Hoe een klein menneke uit Limburg de reuzen verslaat.

De perfecte vakantiebestemming voor de winteravonturierZaterdagavond keert de 29-jarige Linssen met Vitesse terug naar zijn oude club VVV. Bij zijn clubs in Limburg was het strafschopgebied nog verboden terrein voor Linssen. Wat had zo’n onderdeurtje nou te zoeken tussen grote kerels die minstens tien centimeter langer waren dan hij? ‘Ik nam de corners en de vrije trappen vanwege mijn traptechniek, ik had niet veel te zoeken voor het doel. Toch heb ik me nooit de kaas van het brood laten eten, ik ben altijd een driftig mannetje geweest. Bij Heracles werd geregeld de lange bal op mij gespeeld, omdat ik de kopduels meestal won.’

Een goede timing is essentieel, aldus Linssen, die onlangs tweemaal met het hoofd scoorde tegen Fortuna Sittard. ‘Bij een uittrap van de keeper moet de bal een afstand van 50, 60 meter overbruggen. Het geeft mij de tijd om te bepalen waar de bal gaat dalen en ik moet springen. Bij een corner is het moeilijker, de afstand is kleiner en er staan soms acht tot tien spelers om me heen die allemaal twee koppen groter zijn. Bij FC Groningen hadden we iets verzonnen om mijn kopkracht te benutten. Niemand lette immers op mij, de lange mannen fungeerden als bliksemafleiders. Na mijn overgang van Groningen naar Vitesse zijn mijn kopballen een hype geworden.’

Hij voelt zich verwant met de iets langere Ajax-back Nico Tagliafico, die ook geregeld met het hoofd scoort. ‘Hij vliegt overal in en is nergens bang voor. Ook Tagliafico heeft het gevoel voor de juiste positie, weet waar de bal kan vallen en wint zijn kopduels.’

Even een handje

Linssen moet als kleine speler trucs verzinnen om zijn langere tegenstanders af te troeven in de lucht. Hij laat zich soms lanceren door de verdediger als trampoline of keukentrap te gebruiken. ‘Ik moet slimmer zijn zonder overtredingen te maken, ik moet dus eerder springen dan mijn tegenstander. Als hij tegen me aan springt, kan ik er niks aan doen. Maar ik gebruik hem indirect om iets langer in de lucht te blijven hangen en een fractie hoger te komen. Als ik soms even mijn hand op zijn schouder leg, wordt zijn sprong geremd en reik ik nog hoger.’

Altijd wordt Linssen geplaagd met zijn lengte. Bij het tv-programma Studio Voetbal verklapte oud-spits Pierre van Hooijdonk (1.93) dat Linssen op een kussentje zat. ‘Ik word mijn gehele leven al gedold en ‘die kleine’ genoemd. Ik dacht: leuk Pierre, maar ik stond tegen Fortuna Sittard met mijn handen omhoog na twee kopgoals. Laat ze maar lachen. Ik bewijs dat lengte niet allesbepalend is.’

Hij moest opkijken tegen zijn broers, oud-prof Edwin Linssen is 1.82 meter, Patrick Linssen is een paar centimeter kleiner. ‘Het scheelt wel een centimeter of tien, maar zij zijn ook tien en acht jaar ouder dan ik. Edwin en Patrick waren mijn speelsheid allang voorbij, ik stoeide niet met mijn broers omdat ze tieners waren. Ook Edwin noemde me die kleine.

‘Pas op de middelbare school kreeg ik het gevoel dat ik mijn plaats moest bevechten. Als iemand zegt dat je klein bent, neemt de rest het over. Ik ben nooit gepest, ik had het geluk dat ik goed kon voetballen. Als enige leerling op die school zat ik bij een profclub. Het heeft me zeker geholpen, mijn klasgenoten vonden het stoer. Ik voetbalde altijd met de grote jongens.’

Lengte als hindernis

Lachend vertelt Linssen dat zijn vriendin iets kleiner is. ‘Ze mag wel op hoge hakken lopen, dan zijn we even lang.’ De langere vrouwen zagen hem ook niet staan. ‘Ik stapte vroeger in de discotheek ook niet af op een meisje van 1,80 meter. Zou een raar gezicht zijn op de dansvloer. Als vrouwen een kop groter waren, wist ik: hier valt vanavond niet veel te halen.’

Toch heeft Linssen zijn postuur ook als een hindernis ervaren. ‘Ik was graag tien of twaalf centimeter langer geweest. Mijn geringe lengte heeft mijn ontwikkeling zeker geremd, een aanvaller van 1,80 meter heeft fysiek meer voordelen. Dan hoef je ook niet omhoog of omlaag te kijken, het is de gemiddelde lengte. Nu voetbal ik tegen grote jongens, die over het algemeen sterker zijn dan ik.’

En dus is het ventje uit het Limburgse Neeritter ook de speler van de kleine stapjes, via Fortuna Sittard, MVV, VVV, Heracles, FC Groningen en Vitesse bereikte hij de subtop van de eredivisie. ‘Ik heb zeker twijfels moeten overwinnen’, aldus Linssen. ‘Maar het zijn ook bewuste keuzes geweest. En mijn broer Edwin was bij VVV mijn beste voorbeeld, hij hield me voor dat ik moest investeren in mezelf.’

Gemis van zijn vader

Zijn vader overleed al, toen hij 2 jaar was. ‘Ik heb hem nooit gekend, ik beschouwde mijn oudste broer Edwin als mijn vader. Hij was op zijn 18de al prof en ik ging met hem naar de stad om kleding te kopen. Ik heb zeker een vader gemist als ik de papa’s van mijn teamgenoten aan de kant zag staan.

‘Edwin heeft me geleerd hoe ik als jongetje uit Limburg moest opboksen tegen die brutale gasten uit het westen. Hij was bikkelhard voor me en is nog steeds mijn belangrijkste klankbord. Edwin is nu trainer bij Vitesse onder 17 jaar, hij volgt nog al mijn wedstrijden. We hebben nooit veel over onze vader gesproken, maar ik denk geregeld: jammer dat hij mij nooit heeft zien spelen.

‘Toen ik bij VVV speelde, ging ik voor elke wedstrijd naar het graf van mijn vader. Maakte ik het graf schoon en stak ik een kaarsje voor hem op. Het werd mijn vaste ritueel, zo had ik het gevoel dat hij meekeek. Nu kom ik alleen nog naar Neeritter om mijn moeder te bezoeken en ga ik soms naar het kerkhof. Ook al ken ik mijn vader alleen uit de verhalen, de band blijft hecht.’

Real of rustig een ijsje?

Stiekem droomt Linssen van nog een stapje hogerop, al voelt hij zich als aanvoerder gewaardeerd bij Vitesse. ‘Vorig jaar speelde het Noorse toptalent Martin Odegaard bij ons. Ik vroeg hem of hij de sterspeler van Real Madrid of Espagnol wilde worden. Hij koos natuurlijk voor Real. Ik niet.

‘Ik zou graag de ster van Espagnol willen zijn. Dan kan ik elke dag naar buiten, met mijn kind een ijsje eten in de stad, zonder overal te worden herkend. Odegaard antwoordde: als je bij Real Madrid voetbalt, kun je een ijskar in je tuin laten zetten. Van mij hoeft dat niet, ik wil graag onbekommerd kunnen leven. Ik ben net zo klein als Messi, maar ik heb nooit een Messi willen zijn.

Laat die kleine maar vliegen door de strafschopgebieden in Nederland, wie weet landt hij nog bij een grote club. ‘Twee seizoenen geleden scoorde ik twee keer tegen Ajax en PSV. Misschien moet ik dat nog eens doen. Bij voorkeur met een kopbal.’

VK / Foto’s SV

Hoofdsponsor: