1 november 2014 In de media

Tien vragen aan Jan-Arie van der Heijden

Na een moeizame seizoenstart heeft Vitesse de weg omhoog gevonden. Ondanks het gelijkspel tegen NAC Breda (2-2) lijkt de Arnhemse voetbalmachine klaar om de top te bestormen.
Aan het woord Jan-Arie van der Heijden, van bankzitter tot aanvoerder.Na drie eclatante overwinningen op rij haperde de machine afgelopen zaterdag uitgerekend tegen laagvlieger NAC Breda (2-2). Dat moet een behoorlijke dreun zijn.

‘Het voelde als een nederlaag. Na afloop overheerste een zuur gevoel, terwijl NAC juichend het veld afliep. De eerste helft speelden we goed. We hadden de wedstrijd met drie doelpunten verschil moeten beslissen. Maar Jelle ten Rouwelaar stond goed te keepen. Na de rust waren we beduidend minder. Over die 2-2 (blunder Piet Velthuizen, red.) hoeven we het niet te hebben. Iedereen heeft kunnen zien dat het een fout was. Daar heeft na afloop ook niemand iets over gezegd. Piet heeft ook al de nodige punten gepakt.’

Jullie hadden het moeilijk met de negatieve spelopvatting van NAC Breda. Dat gaat jullie nog wel vaker overkomen dit jaar. 

‘Ik denk dat het de enige kans is om een punt te pakken tegen ons. Dat gaan we nog meer zien. Met uitzondering van drie, vier clubs zal bijna elke tegenstander zo tegen ons gaan spelen. Wij zullen de kansen, zoals afgelopen zaterdag voor de rust, moeten afmaken om zo een wedstrijd makkelijker te winnen. Het gaat om details. Ons spel luistert heel nauw. De voorzetten moeten perfect zijn, de eindpass ook.’

Vitesse is dit seizoen een elftal van uitersten. De slechte resultaten aan het begin van het seizoen, de indrukwekkende wederopstanding de laatste weken. Hoe kijk jij aan tegen jullie seizoenstart?

‘We mogen tevreden zijn. Afgelopen weekend is dan zuur, maar over het algemeen hebben we elke wedstrijd aardig tot heel goed gespeeld. We zijn iedere week de baas geweest en dat is een van onze uitgangsposities geweest aan het begin van het seizoen. Als je zo goed speelt moet je gewoon bovenin meedoen. Alleen kan je dan in een thuiswedstrijd tegen een ploeg als NAC niet met 2-2 gelijkspelen. Ik denk dat we qua spel verder zijn dan vorig seizoen. Toen wonnen we onze wedstrijden met iets meer geluk.

Ik herinner me nog een paar wedstrijden waarin we in de slotminuten pas de winnende maakten. Denk bijvoorbeeld aan Lucas Piazon. Dat geluk dwing je misschien wel af, maar we zaten zeker voor de winterstop aan de goede kant van de score. Nu spelen we nog beter voetbal en domineren we weer. Alleen hebben we iets minder punten.’

Wat is jullie geheim?

‘Er zit gewoon heel veel kwaliteit in dit team. Iedereen maar dan ook iedereen wil de bal hebben. We hebben een goede mix van alle kwaliteiten. Een balvaste spits die een doelpuntje kan maken, snelheid op de vleugels, loopvermogen op het middenveld en van achteruit goed voetbal. Veel jongens kunnen een goal maken.’ 

Voetballend zit het goed, maar defensief zijn jullie kwetsbaar. Al 21 officiële wedstrijden op rij weten jullie niet de nul te houden. Vreet dat aan je?

‘Nee, niet aan mij. Ik vind het een beetje overdreven. Voor een keeper is het misschien lekker om de nul te houden. Voor de verdediging uiteraard ook, maar het kan nu eenmaal zo zijn dat je drie kansen weggeeft in een wedstrijd en dat er eens eentje ingaat. Beter dan tien kansen weggeven. Het is ook inherent aan ons voetbal. Soms staan onze beide backs voorin en staan we achterin een-op-een. Ik denk dat het aantal kansen dat wij weggeven gering is. Uiteraard win je liever met 6-0 dan 6-1. Die clean sheets komen vanzelf.’

Achterin zijn er de nodige positiewisselingen geweest. Op een gegeven moment kwam jij op de bank terecht, later verving jij de geblesseerde Guram Kashia. Inmiddels doen Arnold Kruiswijk en jij het zo goed dat de oorspronkelijke aanvoerder op de bank zit.

‘Zo gaat dat nu eenmaal. Het is moeilijk om in mijn positie daar iets over te zeggen. Iedereen doet zijn best, maar de trainer neemt uiteindelijk een beslissing. Ik had er wel de pest over in toen ik ernaast kwam te staan, maar ook daar zal de trainer zijn redenen voor hebben gehad. Een speler moet dat maar accepteren, hoe moeilijk dat soms ook is. Guram is een goede speler en zal nu ook de pest in hebben. Maar hij gaat niet bij de pakken neerzitten. Of ik zelf nog vrees voor mijn positie? Daar denk ik helemaal niet over na. Het gaat goed, vooral verdedigend heb ik stappen gemaakt. Ik maak me bovendien niet zo snel druk.’

Een mooie samenloop van omstandigheden, aangezien jij in je laatste contractjaar zit. Waar speel jij volgend seizoen?

‘Geen idee. Ik heb nog niet gesproken met de club. Het klopt dat ik de leeftijd heb om eens een andere stap te gaan maken, maar eerst wacht ik af. Ik heb het enorm naar mijn zin hier. Ik heb dan ook geen haast. Ooit wil ik nog wel een keer in het buitenland spelen, daar kan ik eerlijk in zijn. Een voorkeur? Nee, niet echt. In het buitenland spelen is een droom die ik al van jongs af aan heb. We zien het wel. Nu wil ik eerst een goed seizoen spelen met Vitesse en bovenin meedraaien.’

Bovenin meedraaien. Marko Vejinovic zei vorige week dat jullie dit seizoen in de top van de Eredivisie moeten kunnen eindigen. 

‘Daar sluit ik me bij aan. Zeker als je ziet hoe wij spelen. Je verliest de eerste wedstrijd met 4-1 bij Ajax, waar je goed speelt. Een paar weken later, uit bij PSV, waren we ook goed. Daar kunnen we tevreden mee zijn. We laten alleen soms de punten te makkelijk liggen. Zaterdag is weer een harde leerschool geweest.’

Zijn jullie goed genoeg om je te meten met bijvoorbeeld Ajax en PSV? 

‘Dat moet blijken. Ik denk dat de afgelopen twee seizoenen wel hebben bewezen dat we ons niet een heel jaar lang met hen kunnen meten. Hopelijk lukt dat dit jaar wel. Het gaat meer om de lange adem. Als we geen diepe inzinking krijgen, dan kan het goed komen.’

Ben jij er inmiddels achter waar jullie het vorig seizoen na de winterstop hebben laten liggen?

‘Zeg het maar. Dat was het jaar daarvoor ook al zo. Dan hoop je toch dat je ergens van geleerd hebt, maar nee. Ik heb er geen antwoord op, maar de trainers hebben er vast goed naar gekeken. Sommigen dachten dat het kwam door de vele nieuwe spelers die in de winter werden aangetrokken. Spelers die moeilijk hun draai konden vinden en andere spelers die niet langer zeker waren van hun plaats. Zelf heb ik het antwoord nooit gevonden.

Dit jaar hebben we in ieder geval vanaf de allereerste speeldag een brede selectie. Afgelopen zaterdag konden we Renato (Ibarra, red.) en Vako (Valeri Qazaishvili) brengen. Dat zijn jongens die bij andere Eredivisie-clubs gewoon in de basis zouden staan. Misschien kan die bank dit jaar de doorslag geven. We hebben genoeg kwaliteit om er een mooi seizoen van te maken.’
 

VI / Foto’s SV

Hoofdsponsor: