18 oktober 2014 In de media

De middelvingers van Frank van der Struijk

Zaterdagavond speelt hij tegen zijn Vitesse, Frank van der Struijk. In het Koning Willem II Stadion ontvangt hij de jongens met wie hij vorig jaar nog een kleedkamer deelde.
Met de hedendaagse transfergekte gebeurt het geregeld dat een speler een oud-werkgever treft. In de aanloop naar een wedstrijd gaat het dan steevast over het al niet juichen bij een doelpunt. Over de mooiste momenten, de liefde voor een club én het fenomeen dat een speler zijn voormalige werkgever alles gunt, behalve deze avond.
 

Ook Van der Struijk liet zich verleiden tot dergelijke uitspraken. Vitesse TV kwam op bezoek en de verdediger vertelde over de mooie tijd die hij in Arnhem had beleefd. Met Davy Pröpper had hij zelfs nog weleens contact. De woorden klonken gemeend. Van der Struijk hoopte op een mooie wedstrijd met aanvallend voetbal en uiteraard op winst voor De Tricolores.

Het was een mooi toneelstuk. Wie diep in het hart van de verdediger kijkt, weet dat het anders zit. Een half jaar lang wekte Vitesse de indruk het contract met de markante verdediger te verlengen. Toen het einde van het seizoen naderde werd het opeens stil. Heel erg stil. De clubleiding gaf niet thuis en pas op het allerlaatste moment werd de verdediger duidelijk dat hij moest vertrekken.

Sinds 2008 had hij zich de ballen uit de broek gewerkt voor de Arnhemse club. Hij had zich opgesteld als de ideale twaalfde man en klaagde nimmer. Dat de club verder ging met Dan Mori en later Arnold Kruiswijk ophaalde in Heerenveen, verbaasde hem. Hij vond zichzelf niet minder. Dat de club ook nog eens tot het allerlaatste moment wachtte met een officieel afscheid, deed pijn. Immers, naast clubjongens als Theo Janssen en Davy Pröpper was er niemand zo populair als Frank Two Fingers.
 

Het begon onder trainer John van den Brom. Vitesse hield een grote schoonmaak en Van der Struijk was de enige benoemde miskoop die mocht blijven. Ondanks het advies te vertrekken, vocht hij zich terug. ‘Ik vlucht niet. Zo steek ik niet in elkaar’, liet de verdediger destijds aan VI weten. ‘Als ik ergens aan begin, dan maak ik het af. Ik wilde bewijzen dat ik het kon.

In korte tijd veranderde er veel. Dat had vooral met het uitduel met NEC te maken. Tijdens de warming-up stak ik mijn middelvingers op naar supporters van NEC. Het was niet chique, maar het gebeurde in het heetst van de strijd. Vervolgens is alles in een stroomversnelling gekomen. We wonnen die wedstrijd en de supporters konden mijn actie wel waarderen. Ik kreeg zelfs een spandoek met Frank Two Fingers. Van schlemiel tot cultheld in één wedstrijd. Onlangs werd ik tot Man of the Match verkozen. Dat was twee jaar terug ondenkbaar.’
 

De fans sloten Van der Struijk in de armen. Het was niet de beste, snelste, meest gepolijste of technische voetballer in Gelredome, maar hij was wel één van hen. Een import-Arnhemmer, bevangen door het geel-zwarte virus. Een cultheld op gekleurde voetbalschoenen.

Praktisch elke thuiswedstrijd werd de rechtsback toegezongen. Zelfs in de periode dat trainer Peter Bosz besloot hem niet eens op te nemen in de selectie. Sterker nog, onlangs bij de thuiswedstrijd tegen Excelsior, werd de zijn naam nog gescandeerd. 'Frank van der Struijk, Frank van der Struijk…'

Morgenavond wordt een bijzonder duel voor Frank van der Struijk. Hij staat oog in oog met zijn oude teamgenoten, technische staf en supporters. Ik hoop dat die driehonderd meegereisde Arnhemmers hem nog één keer toezingen en dat Frank dan zijn vingers laat zien…
 

VI / Foto’s SV

Hoofdsponsor: